Bron: deVolkskrant
AeroCount heeft zelf ook een informatiepagina over fijnstof waarin ultrafijnstof kort wordt behandelt. Deze vind je hier.
Fijnstof is de naam voor kleine deeltjes die in de lucht zweven, zoals zand, zeezout, maar ook roet, uitlaatgassen en deeltjes die in de lucht ontstaan doordat gassen met elkaar reageren. De grootste categorie fijnstof is PM10, Particulate Matter (in de lucht zwevende deeltjes) tot 10 micrometer groot. Dat is ongeveer de doorsnee van een spinnendraad. PM2,5-deeltjes zijn een slag kleiner, maximaal 2,5 micrometer. De allerkleinste deeltjes worden ultrafijnstof genoemd. Deze zijn kleiner dan 0,1 micrometer, vergelijkbaar met een coronavirus of bacterie.
Ultrafijnstof komt vooral vrij bij verbrandingsprocessen, in bijvoorbeeld het verkeer, de luchtvaart, houtstook en energieproductie. Hoe kleiner de deeltjes, hoe verder ze het lichaam kunnen binnendringen. Het ultrafijnstof is zo klein dat het via de longen in de bloedbaan terecht kan komen, en bij zwangere vrouwen in het bloed van hun ongeboren kind. De laatste jaren wordt steeds meer bekend over de gezondheidseffecten van het inademen van ultrafijnstof. Zoveel dat de gezondheidsraad de politiek adviseert om actie te ondernemen. Daarover, alsmede de schadelijke gevolgen, kan je hier meer lezen.
In Nederland zijn tientallen meetpunten voor ‘groter’ fijnstof, CO2, stikstof en andere luchtverontreiniging in het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit. Maar voor ultrafijnstof wordt maar op één plek structureel gemeten, in Amsterdam Osdorp. Op deze locatie, 6 kilometer van Schiphol, worden concentraties gemeten van 14 duizend en 15 duizend deeltjes van minder dan 0,1 micrometer per kubieke centimeter.
Dat is ongeveer anderhalf keer zo veel als bij incidentele metingen in het Vondelpark, dat 14 kilometer van de luchthaven ligt. Langs drukke wegen in Amsterdam zijn nog hogere ultrafijnstofgehaltes gemeten, van 31 duizend deeltjes per kubieke centimeter. De afgelopen jaren is de luchtkwaliteit in Nederland volgens de Gezondheidsraad verbeterd, maar of deze gunstige trend ook voor ultrafijnstof geldt, is door een gebrek aan data niet te zeggen.
Het RIVM legt uit dat voor ultrafijnstof geen Europese normen zijn vastgelegd en dat er daardoor geen financiering voor metingen is. Ook in de richtlijnen voor de luchtkwaliteit van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) komt ultrafijnstof niet voor. Maar dat ultrafijnstof niet wordt gemeten, komt niet alleen door een gebrek aan normen. Doordat de deeltjes zo klein zijn, zijn de metingen ook veel lastiger uit te voeren. Apparatuur die ultrafijnstof kan meten kost al snel duizenden euro’s, aldus het RIVM.
De Gezondheidsraad raadt aan om snel meer metingen te doen, en ondertussen niet te wachten met het terugdringen van de uitstoot. Hoewel er nog niet exact uit te rekenen is voor hoeveel ziektelast de ultrafijne deeltjes zorgen, zijn de aanwijzingen dat de gezondheid geschaad wordt steeds sterker.
A coronavirus image which is similar in size to ultrafine particles, by CDC from Pexels